Mijn man en ik hebben zes jaar lang onze kinderwens niet in vervulling zien gaan. Ik had in al die jaren nog nooit een positieve zwangerschapstest gehad. En na de eerste jaren begonnen we eraan te twijfelen of het ons überhaupt was gegeven. Na alle goedbedoelde adviezen hebben wij ook onze leefstijl aangepast. Dat hielp helaas niks. Vervolgens gingen wij door allerlei grote en stressvolle veranderingen heen. De rust om achter de eventueel medische redenen te komen kwam maar niet. Uiteindelijk ben ik vanwege ongezonde werkomstandigheden overspannen thuis beland. Toen brak eindelijk een periode van rust aan. Alle ruis is in die zomer weggevallen. Dat was ook het moment dat mijn man en ik besloten gebruik te maken van de verwijsbrief naar het UZ Gent.
Na de tweede transfer had ik ineens een heel zeker gevoel
Wij kregen beiden een reeks onderzoeken. Uit mijn onderzoek bleek dat ik een onschuldige, maar vervelende laag-gradige ontsteking van het baarmoederslijmvlies had. Mijn man bleek azoöspermie te hebben. Hij is in het verleden opgenomen geweest met een extreme ecoli infectie, waarbij zijn nierbekken tot en met zijn scrotum zwaar ontstoken zijn geweest. De zwaarste antibiotica bleek nodig om hem er doorheen te helpen. Het resultaat was een enorme hoeveelheid littekenweefsel in en rond de zaadleiders. Daar kwam dus niks meer langs.
De voorgestelde behandeling was een ICSI traject. Omdat we onze kinderwens al een beetje hadden laten afkoelen waren wij blij verrast. Er ontstond na deze conclusie van de arts een grote heropleving van die wens. Want wauw, het kan dus toch!
De eerste transfer resulteerde niet in een zwangerschap. Na de tweede transfer had ik ineens een heel zeker gevoel. Ik kon het niet plaatsen, maar het voelde gewoon goed. Toen de huisarts mij tien dagen later belde met het blije nieuws begon ik meteen te huilen van geluk. Alle spanning kwam eruit. Ik had mij al enige tijd bij het feit dat het ons niet gegeven was neergelegd. Nu voelde ik wat ik al die tijd had onderdrukt en hoe dwars het heeft gezeten.
Mijn beste vriendin heeft al drie keer meegedaan aan Moeders voor Moeders. Zodoende kende ik het al en het was voor mij vanzelfsprekend om ook mee te doen. Voor mijn eigen zwangerschap heb ik zelf gebruik moeten maken van medicijnen die gemaakt worden van de urine van zwangere vrouwen. Met mijn bijdrage wil ik ook toekomstige ouders helpen. Zodra ik kon meedoen heb ik Moeders voor Moeders meteen gecontacteerd. Hee! Hier ben ik! Ik doe mee!
Wat ik mooi vind aan Moeders voor Moeders is dat het een organisatie van vrouwen, voor vrouwen is. Het zorgt op deze manier voor enorm veel verbinding. Er is een idealisme van het willen helpen. Dat heb ik dan ook als iets heel bijzonders ervaren. Samen voor elkaar. Daarnaast is het mij opgevallen hoe gesmeerd de organisatie is. Alles gaat daar soepel en is supergoed geregeld.
Ik hoop dat zoveel mogelijk zwangere vrouwen mee willen doen met Moeders voor Moeders. Ook al is het voor jou misschien een behoorlijke onderneming om iedere dag in een kannetje te plassen en dat te verzamelen, het is zo de moeite waard om je bijdrage te leveren. Het werk dat je daarmee doet helpt echt heel veel andere vrouwen en houdt de medicatie betaalbaar en toegankelijk. Ook al gaat het bij jou allemaal vanzelf, weet dat je er een ander een enorme dienst mee bewijst. Ik heb het zelf aan den lijve ondervonden. Hulp bij een onvervulde kinderwens is de grootste dienst die je wensouders kunt bewijzen.